A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z

 

Actieve jobs 

Jobs met een uitdagend takenpakket waarbij werknemers het werk in voldoende mate zelf kunnen regelen. Term ontleend aan het model van professor Karasek. 

 

Arbeidsdeling

Het proces waarbij al het werk dat binnen een onderneming moet worden verricht, wordt opgedeeld in verschillende taken en functies. Dit proces is bepalend voor de arbeidsorganisatie. 

 

Arbeidsorganisatie 

Het resultaat van de verdeling van alle taken die binnen de onderneming moeten worden verricht om de kernopdracht(en) van het bedrijf te realiseren. Geeft enerzijds de taakverdeling tussen mens en machine weer, anderzijds ook tussen diensten, afdelingen en functies.

 

Autonoom team

Synoniem voor zelfsturend team.

 

Brede inzetbaarheid 

Werknemers die breed inzetbaar zijn, zijn polyvalent: ze kunnen meerdere, verschillende taken uitvoeren. 

 

Bureaucratie 

Organisatiemodel op basis van veel gedetailleerde regels en procedures, strikt hiërarchische relaties en verknipte verantwoordelijkheden. Typisch is een strikt onderscheid tussen diegenen die mogen 'denken' (=management en leidinggevenden) en diegenen die moeten 'doen' (=uitvoerend personeel). Beslissingsmacht ligt in ‘de top’ van de organisatie.

Coachend leiderschap  

Type van leidinggeven waarin het ondersteunen van werknemers centraal staat, in plaats van het controleren en sanctioneren.

 

Consultant

Adviseur.

 

Decentralisatie 

Letterlijk: minder centraal maken. Proces waarbij zaken die voorheen centraal door ‘de top’ van de organisatie werden bepaald, lager in de hiërarchie en/of dichter bij de werkvloer worden gebracht. 


ESF (Europees Sociaal Fonds) 

Agentschap dat aan bedrijven en organisatie subsidies ter beschikking stelt voor arbeidsmarktgerelateerde projecten. 

 

ESF-project

Project gesubsideerd door het ESF-agentschap. 

 

Expertrol

Rol waarbij een werknemer een specifieke expertise of vaardigheid kan ontwikkelen. Hij/zij functioneert binnen het team als expert. 


Flanders Syngery 

Vlaamse organisatie die bedrijven en organisaties stimuleert om aan de slag te gaan met innovatieve arbeidsorganisatie en hen daarbij op verschillende manieren ondersteunt. 

 

Fleximatrix

Schematische weergave van de verschillende taken en rollen die werknemers van een bepaald team beheersen. Geeft een overzicht van de inzetbaarheid en opleidingsbehoeften van teamleden. 


Functioneel organiseren

Manier van organiseren waarbij elke discipline in een afzonderlijke dienst of afdeling wordt ondergebracht. Bv. ‘lassen’ in lasafdeling, ‘verpakken’ in verpakkingsafdeling, ‘verkopen’ in verkoopsafdeling, ‘plannen’ in planningsdienst, ‘onderhoud’ in onderhoudsafdeling,… Typerend voor bureaucratische organisatiemodellen. Tegenovergestelde van stroomsgewijs organiseren.


Go-meetings 

Korte overlegmomenten aan het begin van de werkdag tussen teamleden, al dan niet met teamcoaches of –leiders.


Horizontaal organiseren 

Verminderen van het aantal hiërarchische niveaus in de onderneming.


IAO 

Afkorting voor innovatieve arbeidsorganisatie.


Inzetbaarheidsmatrix

Synoniem voor fleximatrix.


Karasek 

Professor die in de jaren 1970 het model van Karasek lanceerde (ook gekend als Job-Demand-Control-model). Uitvinder van de term actieve jobs. Essentie van het model: goede, kwaliteitsvolle jobs = jobs met veel en uitdagende taakeisen + grote vrijheid voor werknemers om hun werk zelf te regelen.


KPI (Key Performance Indicator)

Ook wel sleutelindicator of target genoemd. Meetbare maatstaf die gebruikt wordt om doelstellingen te communiceren en prestaties te meten.


Mapping 

Het in kaart brengen van iets. Bijvoorbeeld ‘process mapping’ of ‘value stream mapping’. Resulteert in een schematische werkgave van hetgeen in kaart wordt gebracht. 


Multidisciplinair

Met betrokkenheid van personen uit meerdere disciplines of vakgebieden.


Multi-inzetbaarheid

Synoniem voor brede inzetbaarheid.


Ondersteunende taken 

Taken die het primair proces ondersteunen. Bijvoorbeeld: onderhoud, administratie, kwaliteit, personeelszaken, financiën,…


Orderflow

Letterlijk: orderstroom. Dit is de weg die producten binnen de onderneming afleggen van bestelling door de klant tot levering aan de klant.


Organigram

Ook wel organogram of organisatieschema. Schematische weergave van de organisatiestructuur van een onderneming. Toont in één opslag de verbanden tussen verschillende diensten, afdelingen en hiërarchische niveaus.


Organisatiekanteling

Het proces waarbij een onderneming evolueert van een functionele naar een stroomsgewijze organisatiestructuur. 


Performantie 

Combinatie van efficiëntie en effectiviteit. Geeft de verhouding tussen de geleverde inspanning en de gerealiseerde opbrengst weer, afgemeten aan de oorspronkelijke doelstellingen. Performantie kan zowel op bedrijfsniveau, teamniveau als op individueel niveau bekeken worden. 


Platte organisatiestructuur

Organisatiestructuur met een minimum aan hiërarchische niveaus.


Polyvalentie

Zie brede inzetbaarheid.


Preferentiematrix

Variant op de fleximatrix. Schematisch overzicht van de zaken die werknemers in een team het liefst zouden (kunnen) doen.


Primair proces

Term die verwijst naar alle bewerkingen die directe waarde toevoegen aan het product. De kernactiviteit en bestaansreden van een onderneming.


Principe van minimale specificatie

Het principe dat regels en procedures die aan werknemers worden opgelegd zo beperkt mogelijk moeten blijven. Zorgt ervoor dat werknemers de ruimte hebben om hun kennis, ervaring en vindingrijkheid te gebruiken om hun werk zelf te regelen.


Procesgericht organiseren

Zie stroomsgewijs organiseren


Regelcapaciteit 

De mate waarin een werknemer zijn eigen werk kan en mag regelen. Meer regelcapaciteit heeft een positieve invloed op de arbeidskwaliteit.


Regelende taken

Taken die het verloop van het primair proces regelen. De term verwijst naar het nemen van beslissingen.


Regelmogelijkheden

De mogelijkheden waarover werknemers beschikken om hun werk zelf te regelen.


Regelvermogen

Zie regelcapaciteit.


Sociale innovatie 

Verzamelnaam voor innovatieve maatregelen om maatschappelijke problemen op te lossen. Dit kan gaan over initiatieven op vlak van welzijn, milieu, mobiliteit, werk,… Innovatieve arbeidsorganisatie is een onderdeel van sociale innovatie.


Sociotechniek

De wetenschap achter innovatieve arbeidsorganisatie. Gericht op de verbetering van het functioneren van mens en onderneming door radicale aanpassing van de inhoud en organisatie van techniek en arbeidstaken.


Sterrol

Rol waarbij een werknemer binnen zijn/haar team werkt als aanspreekpunt voor een specifiek thema of welbepaalde bevoegdheid.


Stroomsgewijs organiseren

Centrale pijler in de theorie over innovatieve arbeidsorganisatie. Manier van organiseren waarbij processen vanuit het perspectief van de klant zo logisch en efficiënt mogelijk ingericht worden. Teams worden zodanig ingericht dat producten zo weinig mogelijk door verschillende afdelingen of diensten moeten reizen.


Taaksplitsing 

Proces waarbij een taak wordt opgesplitst in meerdere kleinere taken of handelingen.


Taylorisme

Stroming binnen de managementwereld die verwijst naar de klassieke arbeidsorganisatie van Frederick Taylor. Basisidee is dat wetenschappelijke analyse van de werkprocessen, berekende standaardprocedures en verregaande taaksplitsing leiden tot efficiënte- en productiviteitswinst. Vaak in een zelfde adem met bureaucratie genoemd.


Value stream 

Ook wel: waardenstroom. Beschrijft de opeenvolging van processen die waarde toevoegen aan goederen tijdens het productieproces. 


Voorbereidende taken

Taken ter voorbereiding van het primair proces. Bijvoorbeeld: planning en werkvoorbereiding.


Waardenstroom 

Zie value stream.


Werkbaar werk

Werk dat tegelijkertijd voldoet aan volgende 5 criteria:

  • boeiend en uitdagend
  • laat voldoende ruimte om werk en privé op elkaar af te stemmen
  • biedt werknemers kansen om zich te ontplooien en om bij te leren
  • brengt de gezondheid geen geestelijke of lichamelijke schade toe
  • beidt werknemers voldoende zekerheid over het behoud van werk en inkomen

 

Win-win-situatie

Situatie waarbij verschillende betrokken partij met verschillende belangen allen voordeel hebben.


Zelforganiserend team 

Zie zelfsturend team.


Zelfregelend team

Zie zelfsturend team.


Zelfroosteren

Systeem van zelfsturing waarbij werknemers zelf hun planning of uurrooster bepalen. Hetzij door onderling overleg, hetzij op basis van specifieke softwarepakketten.


Zelfsturend team

Een team dat zich tot op zekere hoogte zelf organiseert: teamleden zijn niet enkel bevoegd voor het uitvoeren van het werk, ook het plannen, voorbereiden, evalueren en verbeteren van het werk behoort tot hun bevoegdheid. 


Zelfsturing

Vrijheid om te regelen wat geregeld moet worden.